Vermunt: 'Hopelijk is er leergeld betaald'

Gepost door:Remy // 2011-05-12 00:00:00 // 3385 keer bekeken

Kees Vermunt is al zijn leven lang RBC'er. Het clubicoon was een belangrijke kracht in de ploeg die in 1957 kampioen werd van de Tweede Divisie. Afgelopen vrijdag was hij erbij toen RBC won van FC Dordrecht. BN/DeStem zocht hem op om terug te blikken.

Hij speelde er, hij trainde er, hij woonde er. De 79-jarige Kees Vermunt is een rasechte RBC'er en dus een rasechte Kalsdonker. Ksdonk, liever gezegd. Bezweet en blij keerde hij er terug, vrijdag.

Of hij nog altijd betrokken is en dus opgelucht over de wonderbaarlijke ontsnapping van RBC? Wat dcht je. Kees Vermunt beent vanuit de achtertuin naar de serre en komt terug met een prachtig persoonlijk archief. Twee mappen en grote letters met 'carrire Kees Vermunt' erop.

"Hier, deze foto, seizoen 1948-1949. Kijk eens wat een meneren, wat een standing. En dan daar, die foto. Zie je dat? Een jonge George Knobel en een nog jonge Kees Vermunt. Ik sta aan het begin van m'n carrire hier."

Nog eentje dan, een foto uit 1941. Een elftalfoto. "Daar sta ik niet op, maar ik was er wel bij. Zie je dat joch op de achtergrond? Was ik. Speelde ik voor grensrechter toen. Mijn hele leven ben ik al RBC'er. Betrokken? Maar natuurlijk."

Hij was een topspeler, een toptrainer bij de amateurs en als zodanig een kampioenenmaker. Kees Vermunt: een waar clubicoon. Tuurlijk zat hij vrijdag op de tribune.

- Hoe heeft u die laatste wedstrijd beleefd?
"Ik heb verschrikkelijk meegeleefd. Alsof ik op de bank zat. Ik kwam helemaal bezweet thuis. Mijn vrouw zag het meteen. Ach, ze hebben helemaal niet slecht gevoetbald en verschrikkelijk hard gewerkt. RBC heeft naar het geluk toe gespeeld. Wat ik wel jammer vind, was dat spandoek met Saddam Hussein, Bin Laden en de gemeente. Dat had meteen weggemoeten. In de sport is geen plaats voor rancune. Je hebt elkaar altijd weer nodig."

-Wat nu, wat is het perspectief?
"Ik hoop dat we een keer een goede start kunnen maken. Dat er een goed elftal komt te staan. Hellemons heeft als trainer de sympathie van het publiek en in Kooistra heb ik ook alle vertrouwen. Hij was zelf een goeie speler. Wat ik aardig vond vrijdag, was dat er vier eigen jeugdspelers in stonden. Het is wel heel erg jammer dat Melvin de Leeuw vertrekt. En ze kijken nog steeds tegen die zeven ton schuldenlast aan h. Hebben andere clubs natuurljk ook, maar die zullen het beter weten te camoufleren. Het belangrijkste is nu dat de stabiliteit terugkeert. Hopelijk is er leergeld betaald."

- Wat was er bij RBC dit seizoen mis, volgens u?
"Er waren veel te veel wisselingen. Al die verschillende trainers voor de groep. Van Vossen en Hellemons begonnen prima. Klasse. Dan komt Popovics. Die trekt na twee weken al aan z'n stutten. Logisch. Dan halen ze Fuat Capa als trainer. Die zegt al bij de eerste keer dat de spelers geen conditie hebben. Een klap in het gezicht van Hellemons en Van Vossen. Dan verdwijnt die man en komt er weer een ander. Er was geen continuteit. Spelers hebben vastigheid nodig."

- Waar is de ellende begonnen?
"Volgens mij na de tweede promotie naar de eredivisie. De eerste was spontaan, de tweede geforceerder. Jakhalzen zijn er altijd. Voetbalmakelaars, die er alles uit willen halen. Dan moet je op je qui vive zijn. Is niet voldoende gebeurd, volgens mij. In die tijd kwam ik in de spreekkamer van m'n tandarts Ferdinand Wittenbols tegen. Hij had een varkensimperium. Was bevriend met de voorzitter van FC Brugge. Die deed ook in varkens. Ferdinand zei: 'Ik zou voor RBC wel iets goeds willen doen.' Ik heb hem doorverwezen naar Rob Meppelink. Ineens kwamen al die Belgen hierheen, we hebben er wel zes, zeven gehad. Zaten ook goeie tussen. Maar de aankopen waren lang niet altijd verantwoord. Voornaamste voorbeeld: de komst van die Fortes Rodriguez. Hoe was het mogelijk? Die heeft hier niks gepresteerd. Een miskleun. Het was zo'n tien jaar geleden, ik was er toen hoofd opleidingen, dat ik al vond dat er bij RBC veel te veel roodborstjes rondliepen. Baasjes die allemaal hun eigen territorium hadden en dat verdedigden. Het kan ook best zijn dat Pollemans dat toen ook zo zag en daar een eind aan wilde maken."

- Heeft RBC een te grote broek aan willen trekken?
"Dat kan ik niet zeggen. Ambities hoor je te hebben. En ik kan begrijpen dat Pollemans mee wilde in de vaart der volkeren. Hij heeft heel veel goeie dingen gedaan voor de club. Heb ik zelf kunnen constateren. Respect. Maar bij Jan heb ik toch ook vaak het gevoel gehad dat hij zich door de verkeerde adviseurs liet omringen. Heb ik het niet over George Knobel, Jan Brouwer, Paul van der Kraan, Manfred Laros. Die mannen wisten van wanten. Maar zij bleven niet. Pollemans wel. Brouwer bijvoorbeeld, dat was de architect van het nieuwe RBC. Een geweldenaar. Met hem begon de victorie. Hij haalde jongens van Excelsior: Hertog, Heerkens, Den Ouden, een trainer als Maaskant. Een gouden greep natuurlijk. Maaskant was jong en ambitieus en kon wat. Waar het geld vandaan kwam, is mij nooit duidelijk geworden. En waarom Brouwer ineens weg was, heb ik ook nooit begrepen."

- En nu gaat RBC het honderdjarig bestaan halen.
"We gaan heus niet naar de kloten. We zijn een volksclub, net als TOP Oss dat is. In de Raad van Commissarissen en de Stichting zitten hele goeie mensen. En gaan we failliet, dan kan dat faillissement zelfs een redmiddel zijn. Kunnen we weer met een schone lei beginnen. Het belangrijkste is dat RBC de binding met de achterban herstelt. Die is verwaarloosd. We komen van Kalsdonk. Maar wie van Kalsdonk gaat nog naar de club? En van de oud-spelers zijn Henk van de Ven en ik zo ongeveer nog de enigen die bij de club komen. Dat is toch zielig. Louis Verstraaten, Gerry Voets? Ik zie ze niet. Dat heeft zijn oorzaak. En dat is jammer."

Bij het artikel staat tevens een passage uit Hard Gras van september 2003 afgedrukt, geschreven door Matty Verkamman.

'...Van meet af aan loopt Willem van Hanegem te donderjagen. Door goals van Ton van Zandvliet en Kees Vermunt komt RBC tegen Velox uit Utrecht spoedig op 2-0. Willem scoort nog wel tegen, maar belangrijker is het priv-oorlogje dat hij met Vermunt is begonnen. Willem is intussen 19 jaar, Vermunt al 34. Willem kan niet hebben dat de zwerver van RBC (al in 1950 geselecteerd voor het voorlopig Nederlands elftal) ondanks zijn hoge voetballeeftijd steeds weer sneller is dan hij. In zijn chagrijn loopt Willem te hakken, te mopperen en te schelden.

Scheidsrechter Lau van Ravens roept de jonge rebel op het matje, maar Willem blijft bezig. De wedstrijd wordt harder en harder. Willem zoekt voortdurend de hielen van Vermunt. RBC laat zich ook niet onbetuigd. Doelman Henk van Ledden en rechtsback Kees Sluyk van Velox vallen geblesseerd uit. Met elf tegen negen scoort RBC er lustig op los. Frans Geurtsen moet noodgedwongen bij Velox onder de lat en Willem is het dan zo zat dat hij Kees Vermunt maar een doodschop geeft. Van Ravens stuurt hem van het veld. En dat is nog een schande in 1963!'




Reacties

Er zijn nog geen reacties toegevoegd