Afgelopen week werd Skender Memisi vrijgesproken van het geven van een kopstoot aan de leidende arbiter in het bekerduel met Dubbeldam. Ondanks de vrijspraak voor het geven van een kopstoot, kreeg hij wel tien wedstrijden aan zijn broek. In hoger beroep gaat hij echter niet.

�Nee, wat ik daar deed kon ook niet door de beugel,� zo stelde hij na afloop van het door RBC met 0-1 gewonnen duel in en tegen Noordhoek. De aanleiding van het incident was de directe rode kaart die de middenvelder ontving, nadat Memisi weg was gelopen van de scheidsrechter en in zijn hand sloeg. De meeste supporters gingen ervan uit dat hij een bedreiging had geuit, maar dat ontkende hij gisteren. �Nee, ik heb hem helemaal niet bedreigd. Ik liep gewoon weg en sloeg in mijn hand, en toen gaf hij direct rood. Daar was ik het totaal niet mee eens. En toen riep hij: het zijn ook altijd die kut buitenlanders.� 

De zaak kwam voor de tuchtcommissie. Memisi moest zijn eigen verklaring verdedigen en de getuigen El Moussaoui en de vlagger van Dubbeldam werden apart bevraagd. Het verhaal van El Moussaoui sloeg naadloos aan bij dat van de aangeklaagde zelf. �Dat was ongelooflijk. Mo en ik hadden nergens over gesproken. Hij vertelde precies wat ik even daarvoor had gezegd tegen diezelfde mensen. De vlagger van Dubbeldam moest vragen beantwoorden zoals hoe ver die er vanaf stond en of die het wel goed gezien had.� De scheidsrechter in het verhaal ontbrak echter op die bewuste avond. Memisi werd voor het geven van een kopstoot vrijgesproken, maar moet wel tien wedstrijden brommen voor het ontoelaatbare gedrag. 

Inmiddels zitten er vier duels op en mag hij ook weer op het trainingsveld staan, want ook dat mocht niet van de KNVB. �Ik heb weer voor het eerst getraind, maar ik had gelijk spierpijn. Dat was niet normaal,� zo besloot de middenvelder. Op 22 maart in het thuisduel tegen ODIO is Memisi weer inzetbaar.